Eén september
Kinderen gaan vandaag de dag blijkbaar graag naar school. Dat wordt mij door hun ouders bevestigd. Ik vind dat verdacht. Toen ik een jaar of acht was, heb ik mijn hoofd eens in de diepvriezer gestoken. Niet om af te koelen. Aan mijn kiekenbrein was er om de één of andere reden het grandioze idee ontsproten dat als ik maar genoeg koude lucht in zou ademen, ik vast en zeker een verkoudheid, griep of longontsteking zou oplopen. Mijn acteertalent was beperkt, dus ik moest wel echt ziek zijn om aan school te kunnen ontsnappen. Het haalde allemaal niets uit, maar ik had tenminste geprobeerd. Mijn kinderen doen niet eens een halve poging om er onderuit te komen. “Gaan jullie graag terug naar school?” pols ik nog even voor de zekerheid. “Ja hoor!” bevestigt het koor olijk. De volgende ochtend, één september: het is zover. Mijn kinderen liggen nog te slapen alsof hun leven ervan afhangt. Voorzichtig vlei ik me tegen die zalig warme lijfjes aan en fluister hen in de oortjes dat het tijd is om...